We keken al enkele maanden enorm uit naar Malawi. Eigenlijk stond het land niet eens op onze lijst voor deel 1 van Afrika, maar onderweg kwamen we mensen tegen die er niet over konden zwijgen. Was het zo mooi als wat zij ervan maakten? Was het echt nog zo authentiek? Het noorden begon alvast veelbelovend. Na een easy grensovergangetje werden we getrakteerd op leuke pistes, prachtige landschappen en ongelooflijk vriendelijke en goedlachse mensen. We sliepen de eerste nacht in een missiepost, waar we heerlijke balletjes in tomatensaus met puree voorgeschoteld kregen. Man, Malawi leek wel de hemel op aarde! De volgende dag werd het alleen maar beter: wat uitdaging op de hobbelige pistes en frisse lucht in de groene omgeving, waar de mensen zich vooral met de fiets verplaatsen. ’s Avonds kwamen we toe in een dorpje, waar een enthousiaste local ons uitnodigde om onze tent op te zetten in zijn tuin.

On the track near Lilongwe

Op de piste naar Lilongwe

Caroline and the fever tree

Caroline en de fever tree

Volgens hem waren de eerste twee kilometers van de weg naar Karonga heel slecht, maar na de brug zou de piste gerenoveerd zijn. Hmm, draaide dat even anders uit! 30 km weggespoelde piste, single tracks naast diepe ravijnen, steile hellingen en rotsblokken… veel rotsblokken… Wat een easy rit moest worden, werd er één van puffen en zweten, van de moto op zijn zij leggen en weer recht trekken. Maar na die 30 km volgde inderdaad een prima gerenoveerde piste en zelfs een stukje asfalt tot in ‘de grote stad’.

A bit of rocky, bumpy track in the Nyika national park

Een stukje rotsige, hobbelige piste in het Nyika national park

Narrow tracks and steep uphills

Smalle tracks en steile hellingen

Karonga, daar was nu eens niets te vinden: wel supermarkten, maar geen deftig eten. Wel een hotelletje, maar bij het ontbijt bleek het brood op te zijn en op de vraag of er misschien koffie was, kregen we als antwoord “Die hebben jullie toch zelf mee, niet?”. De mensen waren wel super vriendelijk en er werd veel gelachen, wat ervoor zorgde dat we toch een dagje langer bleven.

Na het desolate noorden, trokken we langs Lake Malawi naar het meer toeristische zuiden. Livingstonia was geweldig. Via een hobbelige piste kwamen we aan bij het Lukwe Eco Camp, met een Belgische uitbater. Beter hadden we het niet kunnen treffen: een adembenemend zicht over de vallei en het meer in een (voor Afrika) bijzonder rustige en relaxte sfeer. Maar vooral overheerlijk eten! Groenten van eigen kweek – klaargemaakt door de twee lokale kokkinnen die er duidelijk hun hart en ziel in legden –, vers gebrande koffie, zelfgebakken brood recht uit de oven en zelfs een heerlijke verjaardagscake voor Tom. Wat een luxe!

 

The laid back atmosphere at Nkhata Bay

De relaxte sfeer in Nkhata Bay

We genoten van de ontspannen backpackers sfeer in Nkhata Bay, van de zonsondergang in Cape MacLear en gingen hiken op het Zomba plateau en op Mount Mulanje. En elke keer opnieuw kwamen we leuke mensen tegen, met boeiende verhalen en vooral veel plezier in het leven. Maar de grootste verrassing wachtte ons in Balaka, een godvergeten gat ten zuiden van Lilongwe. In the middle of nowhere vonden we hier “Balaka’s Best”, een hippe Italiaanse bar waar ze zelfgemaakte salami en kaas verkopen. Twee uur lang hebben we genoten van de beste kaas die we in maanden geproefd hadden, van verse focaccia en van koffie waar je de bodem van je kopje niet door kon zien. Dat doet reizen nu eenmaal met een mens: het zorgt ervoor dat je absurd hard gaat genieten van ‘onnozele, kleine dingen’.

Lovely cheese, salami and focaccia at Balaka's Best

Heerlijke kaas, salami en focaccia in Balaka’s Best

Hiking up Mount Malanje

De Mount Mulanje beklimmen