We steken de grens met Benin over vanuit Tambermaland en na wat heen en weer gerij voor de juiste stempels in het paspoort, zetten we eindelijk koers naar het zuiden. Het is opnieuw bloedheet op het uur van de middag en de zon brand genadeloos. En net dàn voel ik bij een inhaalmanoeuvre plots de achterkant van de motor hevig zwabberend uitbreken. Ik kan niet meteen vertragen, want dan rijdt die vrachtwagen net achter mij me genadeloos plat met zijn aftandse reminstallatie, zoveel is zeker. Het verdict is gauw duidelijk: een lange schroef heeft de achterband doorboord.

Fixing a rear tyre in 40°+ and no shade around

Een bandje repareren in 40°+ en geen stipje schaduw in de buurt

In die brandende zon, zonder enig plekje schaduw, heb ik anderhalf uur een band zitten repareren. Het ventiel was afgescheurd en ook het velglint moest eraan geloven. Een eigen fabricaat van kapotgeknipte, samengeplakte binnenband heb ik om de velg gespannen en onze laatste binnenband – een dunne versie – doet nu achteraan dienst. Ik heb al betere dagen gehad. Maar we halen net voor het donker nog Parakou, onze bestemming van de dag, zo’n 200 km zuidoostwaarts.

Een tussenstop in Abomey duurt iets langer dan voorzien. Als we voor die ene keer eens in het restaurant van een ‘blanc’ gaan eten, kluistert een voedselvergiftiging me een hele dag aan mijn bed. Waarom moesten we ook iets nemen dat niet op de kaart staat? ‘Geen vlees, mijnheer? Dan flansen we snel een groentesausje in elkaar.’ Zo snel dat we vergeten de groentjes te wassen? Ik heb kilometers afgelegd tussen mijn bed en de wc die dag.

Living at African pace, Abomey

Het Afrikaanse ritme, Abomey

Living at African pace, Abomey

Het Afrikaanse ritme, Abomey

Maar het Afro-mondaine Cotonou brengt ons er terug bovenop heb ik de indruk. We scoren er eindelijk ons Congo RDC visum en rijden de prachtige route des pêches tot het monument van de ‘Porte du Non Retour’, de laatste stopplaats voor de slaven de boot opgingen richting Amerika. Het verhaal over hoe de slaven hier naartoe werden gebracht, daar word je even stil van.

La route des pêches

La route des pêches, Cotonou

Porte du Non Retour, in memory of the slaves deported from Africa

Porte du Non Retour, in nagedachtenis van de uit Afrika gedeporteerde slaven

Net voor de Nigeriaanse grens wordt het nog even spannend als de visakaart dienst weigert aan de flappentapper, maar extreme spaarzaamheid zorgt de volgende ochtend zelfs nog voor een ontbijt van knapperig brood en avocado voor alles samen 60 cent. Daarna zijn al onze FCFA’s op. Nigeria heeft een andere munt.

We komen rond 9u aan bij de grens met Nigeria en het is er een regelrechte hel. Een gloednieuw overdekt complex is nog niet in gebruik, dus verloopt alles in open lucht. Bovendien willen de agenten aan de Benin-kant 50 000 CFA per persoon om het land te verlaten. We zouden één of andere taks niet betaald hebben bij het binnenkomen, maar daar is natuurlijk niks van aan. Er wordt dus gediscussieerd… En dat vraagt tijd… In de volle zon. Uiteindelijk geeft de politiechef ons gelijk en kunnen we de grens over, maar aan de Nigeriaanse kant willen ze van alles en nog wat zien. Vaccinatiekaarten, paspoorten, nog eens paspoorten, papieren voor de motor, een kruisverhoor, doe nog maar eens die vaccinatiekaart, even een verklaring voor de veiligheid mijnheer… Caroline wordt even niet goed van de hitte en ik lijk wel een vergiet. Alles wat ik er bovenaan ingiet, loopt langs mijn poriën rechtsreeks naar buiten.

En alsof dit nog niet genoeg is, worden we de eerste 25 km aan minstens 10 verschillende checkpoints voor van alles en nog wat gestopt. Daar komt nog een nachtmerrie van een file rond Lagos bij, met een dosis smog om een mijnwerker de loef af te steken, en tegen 16u liggen we allebei doodziek in bed. We hebben hevige koorts, hoofdpijn en schijten ons te pletter.

Our amount of pills for 5 days

Onze voorraad pillen voor de komende 5 dagen

De dag nadien komen we het lokale ziekenhuis buiten met een voorraad pillen waar ze zelfs in een bejaardentehuis van achterover vallen. Die dokter in basketbaloutfit en flipflops wist van geen ophouden. Maar nu, drie dagen later, lijkt de salmonella overwonnen.

Nigeria willen we zo snel mogelijk door. In dit dichtstbevolkte land van Afrika is het een drukte van jewelste en de mensen zijn er  niet bepaald discreet te noemen. “White man, give me present!”. Ze roepen en tieren dat het niet meer aangenaam is en bovendien is ontvoering van ‘witte rijken’ een goed florerende business. Dus worden er kilometers gereden over het asfalt of over de stukken asfalt tussen de diepe waterkuilen vol modder. Ten oosten van Abas schiet er van de weg niet veel meer over.

Nigerian asphalt

Nigeriaans asfalt op weg naar Calabar

We staan ondertussen in Calabar, vlakbij de grens met Kameroen. Morgen moeten we over een slechte piste naar de grens en het regent pijpenstelen. Maar het regenseizoen brengt naast modder ook eindelijk verkoeling. We blijven positief!

Outdoor cooking in Calabar

Outdoor cooking in Calabar, net voor de regen